Regels en Procedures:

Competitief
Deze procedures zijn bedoeld als u badminton op deze games in competitieverband speelt.

  • Er wort gespeeld in vaste teams van 2 personen;
  • U speelt elke wedstrijd met uw vaste partner;
  • Er worden alleen heren dubbel en dames dubbel wedstrijden gespeeld;
  • Het “dubbel” veld is even lang als een enkel veld (achterste tramrails doet niet mee);
  • U heeft voorafgaand aan dit evenement de wedstrijdplanning ontvangen;
  • U meldt zich op de geplande tijd in hal bij de Score-manager aan het tafeltje / Call room;
  • De geplande tijd vindt u op uw persoonlijke score-card. Deze heeft u gekregen bij uw registratie. Als u de score-card kwijt bent dan kun u een kopie krijgen bij de Helpdesk;
  • In de Call room gaat u naar de scheidsrechter van de aan u toegewezen baan;
  • Onder begeleiding van de scheidsrechter en samen met de andere spelers gaat u naar de aan u toegewezen baan;
  • De scheidsrechter legt u de regels uit die vandaag van toepassing zijn:
    • Wie de toss wint serveert eerst of kiest de speelhelft;
    • Elke wedstrijd duurt 12 minuten;
    • Voor elke wedstrijd hebt u enkele minuten om warm te slaan;
    • Er wordt niet gewisseld van speelhelft;
    • In totaal duurt de wedstrijd 15 minuten. Dit noemen we de hartslag;
  • U speelt een voorronde en een finale in een poule van 4 teams;
  • Beide rondes speelt u 3 wedstrijden;
  • De shuttles die gebruikt worden zijn Yonex Slow of Mavis (Veren shuttles);
  • Na afloop van de wedstrijd vult de scheidsrechter uw Score-card in;
  • De scheidsrechter vult het wedstrijdformulier voor de Score-manager in;
  • De Score-manager verwerkt de uitslagen in het score managementsysteem.

Sportief / Recreatief
Dit is de procedure voor deelnemers met Parkinson en mantelzorgers/partners die badminton liever niet in competitieverband spelen.

  • Het toekennen van de Badminton-banen kent een prioritering;
  • We plannen allereerst alle competitieve spelers;
  • Indien daarna baanruimte beschikbaar is, plannen we hiervoor recreatief badminton in.

De wedstrijd:

TOSS:

Voordat de wedstrijd begint moet er worden getost worden. De winnaar van de toss moet kiezen uit de volgende mogelijkheden:

  • Eerst serveren of eerst ontvangen;
  • Aan welke kant van het net ze willen spelen.

De verliezer van de toss maakt vervolgens de overgebleven keuze.

SERVICE / OPSLAG:

  • Bij een correcte service moet de shuttle het racket van de serveerder in een opwaartse vlucht verlaten en vervolgens over het net gaan:
  • De shuttle moet terecht komen binnen het serveervak van de ontvanger;
  • Enig deel van beide voeten van de serveerder en de ontvanger moeten in stilstaande positie in contact zijn met de vloer, totdat de service is geslagen;
  • Het racket van de serveerder moet eerst de dop van de shuttle raken;
  • De serveerder mag de shuttle niet misslaan;
  • De serveerder mag niet serveren voordat de ontvanger klaar staat;
  • De service moet onderhands worden uitgevoerd.

DUBBELSPEL:

  • Een speler van de serverende partij serveert vanuit het rechter serveervak, als zijn partij geen punten of een even aantal punten heeft gescoord in de game;
  • Een speler van de serverende partij serveert vanuit het linker serveervak, als zijn partij een oneven aantal punten heeft gescoord in de game;
  • De spelers wisselen alleen van serveervak als zij een punt scoren tijdens hun eigen servicebeurt;
  • Als de serverende partij een rally wint, scoort de serverende partij een punt. De serveerder serveert dan opnieuw vanuit het andere serveervak;
  • Als de ontvangende partij een rally wint, scoort de ontvangende partij een punt. De ontvangende partij wordt dan de serverende partij. Bij een score van even punten, dan wordt geserveerd door de speler in de rechter serveervak, en bij een score van oneven punten wordt geserveerd door de speler in de linker serveervak.

SCORING:

  • Een game wordt gespeeld over 12 minuten (time-boxed);
  • Er wordt gespeeld met het rally-point systeem;
  • Je scoort een punt als:
    • Je de shuttle in het speelveld van de tegenstanders op de grond slaat;
    • De tegenstanders de shuttle in het net, onder het net, tegen het plafond of zijmuren of buiten jouw speelveld slaat;
    • De tegenstander de shuttle terug slaat voordat deze over het net is;
    • De tegenstander de shuttle tweemaal achter elkaar raakt;
  • De tegenstanders scoren een punt als:
    • Zij de shuttle binnen je speelveld op de grond slaan;
    • Je de shuttle bij de service buiten het juiste serveervak van de tegenstanders slaat;
    • Je de shuttle in het net, onder het net, tegen het plafond of zijmuren slaat;
    • Je de shuttle tweemaal achter elkaar slaat.

FOUTEN: Het is een fout:

  • Als de service niet goed wordt uitgevoerd;
  • Als bij het serveren op het net terecht komt en daarop blijft steken;
  • Als de shuttle buiten de lijnen van de baan valt;
  • Als de shuttle niet over het net gaat;
  • Als de shuttle het plafond of de muren raakt;
  • Als de shuttle het lichaam of de kleding van een speler raakt;
  • Als de shuttle wordt opgevangen en vastgehouden op het racket;
  • Als de shuttle tweemaal door dezelfde speler wordt geraakt;
  • Als de shuttle door beide medespelers wordt geraakt;
  • Als een speler met het racket of het lichaam binnen de speelhelft van de tegenstanders komt;
  • Als een speler opzettelijk zijn tegenstanders afleidt door bijvoorbeeld te roepen of het maken van gebaren.

LET: Een let moet worden gegeven door de scheidsrechter als:

  • De serveerder serveert voordat de ontvanger klaar is;
  • Tijdens het spel de shuttle uiteenvalt en de dop losraakt van de rest van de shuttle;
  • Tijdens het spel een coach het spel verstoort of de andere partij afleidt;
  • Zicht onvoorziene of toevallige gebeurtenis voor doet;
  • In geval van een let wordt het spel vanaf de laatste service geneutraliseerd en moet de speler die het laatst serveerde opnieuw serveren.

Spelregels