Het brein van mensen met chronische hersenziekten vaart wel bij sporten. Het geeft ze bovendien een gevoel van controle. Hoogleraar en arts Bas Bloem zet zich dus volop in voor beweging en preventie.

Jump 2 Prevent, oftewel: springen voor preventie. Onder dit motto snijden de Nederlandse volleybalbond Nevobo, de Radboud Universiteit, het Radboudumc en de gemeente Nijmegen in september het thema ‘sport, preventie en leefstijl’ aan. Hoogleraar én oud-volleyballer Bas Bloem is ambassadeur van dit aan het WK Volleybal Vrouwen gekoppelde congres. Als parkinson-specialist hamert hij voortdurend op het belang van bewegen: “Sporten geeft je ammunitie om de ziekte zelf te lijf te gaan.”

Wat ik doe bij patiënten met parkinson is secundaire en tertiaire preventie”, legt Bloem uit. “Je hebt die ziekte al en je zet sport in als medicijn om symptomen te bestrijden en hopelijk ook de progressie af te remmen. Als mensen met parkinson drie keer in de week op een hometrainer sporten, stabiliseren de klinische symptomen. Bovendien kunnen er nieuwe uitlopertjes tussen de door parkinson beschadigde hersendelen en de nog gezonde hersenschors ontstaan. Het is ontzettend gaaf dat je kunt laten zien dat het brein van mensen met een chronische hersenziekte zich door sporten in gunstige zin aanpast.”

Controle
Maar sporten doet meer, gelooft Bloem. “Het geeft mensen ook een gevoel van controle terug. Dat is vaak wat minder zichtbaar in trials. Als je ziek wordt en je lijf laat je in de steek, geeft sporten je ammunitie om de ziekte zelf te lijf te gaan. Sporten zet mensen weer in de drivers seat. Dat is één van centrale thema’s in mijn werk: patiënten van passieve consument van zorg en passagier in de bijrijdersstoel tot copiloot maken.”

Academische taak
Met zulke uitkomsten kan iedere arts thuis komen. Toch moet Bloem nog wel eens uitleggen waarom een academisch ziekenhuis zich met preventie zou bezig houden. Is dat niet meer iets van de huisarts en GGD? “Wij vinden dat we onze maatschappelijke verantwoordelijkheid moeten nemen”, reageert Bloem.

“De kosten van de gezondheidszorg rijzen de pan uit. Er zijn steeds minder jonge mensen om voor een steeds oudere bevolking te zorgen. Dus preventie wordt steeds belangrijker. Naar vragen rond de effectiviteit van preventieprogramma’s kan nog wel veel onderzoek gebeuren en dat is bij uitstek een academische taak.”

Stevinpremie
Zijn eigen onderzoekstaak vervult Bloem met verve. Vanwege de maatschappelijke impact van zijn onderzoek naar parkinson en zijn out-of-the-box-benadering ontving hij eerder deze zomer van de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) de Stevinpremie.

De 2,5 miljoen euro die bij de prijs horen, komen Bloem goed van pas. “Wij gaan nu de allereerste trial ter wereld doen om te kijken of je met sporten parkinson kunt uitstellen of voorkomen. We weten al dat regelmatig sporten leidt tot minder ziekteprogressie en minder trillen. Maar hoe dat werkt in het brein, dat weten we eigenlijk niet zo goed. Is het een betere bloeddoorstroming, geeft het meer groeifactoren, remt het de inflammatie of een combinatie hiervan?”

Volledig op afstand
Wat de studie dubbel bijzonder maakt, is dat deze volledig op afstand wordt gedaan. “Niemand komt meer naar het ziekenhuis”, verduidelijkt Bloem. “De interventie is een soort Pokemon Go voor ouderen. Via de smartphone krijgen deelnemers dagelijks op afstand allerlei prikkels om meer te gaan bewegen. Diezelfde smartphone gebruiken we ook als meetinstrument, het is een soort stappenteller. In eerste instantie doen er achthonderd deelnemers mee. Maar omdat het digitaal gebeurt, kun je ook makkelijk opschalen zonder dat het schofterig veel kost.”

Lastige kwestie
Geld en preventie, de combinatie geeft binnen het Nederlandse zorgstelsel al jarenlang aanleiding tot ongemakkelijke vragen. Wat kost preventie precies en wat levert het nu eigenlijk op? Is het een individuele of collectieve verantwoordelijkheid? En: wie moet er voor de kosten opdraaien?

Netelige vragen waar ook zijn onderzoek niet direct een pasklaar antwoord op zal geven, weet Bloem. “Vragen rond een betaaltitel zijn een lastige kwestie. Zorgverzekeraars zijn eigenlijk schadelastverzekeraars. Die hebben primair verstand van het verzekeren van schade. Preventie is hun portfolio niet. Critici wijzen daarnaast ook op het ijsbergfenomeen. Uiteindelijk komt er toch een kostbare fase waarin mensen ziek worden en die kosten komen uiteindelijk bij de verzekeraar. Dus of je als maatschappij met preventie echt kosten bespaart? Ik persoonlijk denk van wel. Het helpt daarbij als we weten hoe het werkt. We trekken makkelijker de portemonnee als we iets begrijpen. En sporten is op dit moment nog een black box.”

Gezonde levensstijl
Ondanks vragen rond de precieze effecten, is er tegenwoordig binnen de zorg geen beleidsstuk of toekomstvisie of preventie en leefstijl hebben er een prominente plaats in. Is dit een goede zaak of dreigt preventie een panacee te worden? “Het wordt een panacee als je zegt: we investeren in preventie en daarmee is alles opgelost, want daarmee voorkomen we ziekte en houden we de kosten van de Nederlandse zorg beheersbaar”, reageert Bloem.

“Dat is te makkelijk gezegd. Je moet heel goed begrijpen wat werkt, wat niet werkt en wat de impact is op de samenleving. We kennen succesvolle screeningsprogramma’s voor kanker. Maar er moet in Nederland nog heel wat gebeuren om een gezonde levensstijl te realiseren. De realiteit is dat we per saldo te weinig bewegen, dat we ongezond eten en dat inkomens soms zo krap zijn geworden dat mensen naar de McDonalds gaan, omdat een hamburger goedkoper is dan een stuk fruit.”

Jong geleerd
Als pleitbezorger van meer sporten ziet Bloem met lede ogen hoe het bewegingsonderwijs de laatste jaren is uitgehold. “Als je ziet dat er op scholen vaak geen vakleerkracht lichamelijke opvoeding meer is, dan is dat het tegenovergestelde van wat we zouden moeten doen. Sporten is echt een kwestie van jong geleerd, oud gedaan. Je moet het met de paplepel ingegoten krijgen. Vetcellen die je op jonge leeftijd ontwikkelt, raak je niet meer kwijt. Dus als je het hebt over preventie, begin alsjeblieft bij investeren in leraren lichamelijk onderwijs, want daar start het.”

Sportgezin
Bloem spreekt uit ervaring. “Ik kom uit een sportgezin. Mijn vader was leraar lichamelijke opvoeding. Elke vakantie was de caravan volgeladen met volleyballen, basketballen, honkbalknuppels, badmintonnetjes…”

Al deze sportieve uitstapjes brachten Bloem uiteindelijk tot in de volleybalselectie van Jong Oranje. Zelf volleyballen doet Bloem niet meer. Wel is hij nauw betrokken bij de volleybal-carrière van oudste zoon Jochem, die nu in de eredivisie volleybalt. Zo is Bloem toegevoegd aan de medische staf van diens club.

Het weerzien met de volleybalwereld tijdens Jump 2 Prevent voelde dan ook als thuiskomen. “Ik heb zelf met niet de minsten gespeeld, waaronder Ron Zwerver, Henk Jan Held, Olof van der Meulen”, memoreert Bloem. “En Joop Alberda was mijn coach. Een aantal ouwe maatjes droeg bij aan het congres, dus dat voelde absoluut als home coming.”

auteur: Philip van de Poel